maandag 30 april 2007

Gezien 2


Klik op de afbeelding
voor een vergroting


Vier politici op locatie


Tot het vak van politicus behoort de vaardigheid zich te kunnen laten afbeelden. Hoe en waar dit gebeurt heeft hij of zij dee
ls zelf in de hand. Door zorgvuldig te selecteren op welke locaties men voor de media zichtbaar wil zijn, kan een lijn ontstaan die aan het eigen 'imago' een duidelijke omtrek en kleur geeft. Ondoordacht daarmee omgaan kan voor die beeldvorming rampzalige gevolgen hebben. Vier beelden hoe Haagse heren deze gegevens hanteren.
.
Jan Marijnissen heeft zich vooral geprofileerd als instigator en uitvoerder van 'acties aan de basis'. Door veelvuldig en prominent aanwezig te zijn bij fabriekspoorten, in wijken en in demonstratieve optochten heeft hij het imago van een activist gekregen, een Macher die waar dan ook luid en duidelijk de belangen van de 'gewone mens' naar voren brengt. Hij loopt daarbij averij op, maar omdat dat in de hitte van het gevecht gebeurt, werkt het de waardering voor hem in de hand. Maar nu hij leider van een van de grootste partijen is, verplaatst zijn actie zich naar het parlement. Hij mag niet een van de gladde praters worden die hij zo vaak heeft ontmaskerd, maar hij kan het zich ook niet veroorloven spandoektaal te blijven spreken. Marijnissen zoekt zijn vorm. De eerste excercitie (de dikke plus voor het inleveren van paspoorten) heeft hem een dikke bult opgeleverd.

Als iemand wist hoe met en aan een imago moest worden gewerkt dan was het Pim Fortuyn. Op het eerste gezicht wilde ook hij een Macher zijn ('Ik word minister-president!'), maar het overheersende beeld was dat van de martelaar, de altijd tegengewerkte, gediscrimineerde, ja gedemoniseerde verkondiger van wat toch een heilsboodschap was. De luidruchtige verongelijktheid waarmee hij van deze aanklachten kond deed maakte hem tot de voorman van al degenen die al heel lang dáchten dat zij slachtoffer van alles waren maar daarvoor nog geen woorden hadden. Fortuyns ontijdige en gruwelijke dood gaf hem definitief de martelaarskroon. Eenmaal in zijn graf bleek hij de macht te bezitten om binnen het jaar een aantal ingrijpende koers- en mentaliteitsveranderingen binnen de Nederlandse politiek te bewerken.

Voor Joop den Uyl ging het niet om de grote greep. Hij kende de 'smalle marges van de democratie' te goed om zijn koers te richten naar abrupte keerpunten. Eenmaal minister-president geworden op een programma dat Keerpunt heette, dekte hij zich in met de uitspraak: 'Tot het onmogelijke is niemand gehouden'. Maar in de smalle marge diende voor iedere vierkante centimeter te worden gevochten. Daarvoor beschikte den Uyl over een machtig wapen: het woord. Hij was een oratorisch talent, misschien wel het laatste, uit de grote sociaal-democratische traditie van inspireerders, enthousiasmeerders en drammers die grote groepen zover wisten te krijgen dat ze voor hun leiders de weg vrij maakten naar verwezenlijking van een ideaal. Over Troelstra, een van den Uyls voorgangers, is gezegd dat hij zijn eigen achterban moest creëren. Welnu ook 'ome Joop' is dat nog gelukt, zijn opvolgers zijn die kunst een beetje kwijt geraakt. De locaties waar den Uyl zich bij voorkeur ophield, waren het spreekgestoelte en de interuptie-microfoon. Je kunt hem moelijk anders voorstellen dan luidop en met brede gebaren verkondigend wat hij te verkondigen had, als het moest dwars door gejoel en protesten heen. Een man van het woord die smeekte om een kans tot daden te komen.

En dan hebben we J.P. Balkenende nog. Vergeleken met Marijnissen, Fortuyn en den Uyl valt hij op door een totaal gebrek aan charisma. Waar hij ook gaat staan, hij wekt in eerste instantie mededogen op: de boodschap wil maar niet overkomen. En vooral op de plaats waar hij als regeringsleider zijn woord moet doen blijft hij onvoldoende scoren: in de vergaderzaal van de Tweede Kamer is hij nog steeds een van de minderen. Vandaar zijn hang naar locaties waar men hem graag ziet komen en het hem dus niet moeilijk maakt: showprogramma's, de eretribune van een auto-race. En dan zie je hem de dag erna in de krant stralend ingeklemd tussen twee smoezelige 'pitpoezen', stralend waarschijnlijk omdat zij het christen-democratische gedachtengoed zo van harte hadden onderschreven. Op deze manier win je een paar punten in populariteitspolls, maar een politicus van betekenis word je er niet mee: Balkenende eindigt waarschijnlijk in de poezenbak van de geschiedenis.